Assassin’s Creed Shadows (PS5) review - De shinobi-droom komt uit

In al die jaren is de Assassin’s Creed-franchise behoorlijk veranderd. De games zijn veel meer op rpg-elementen gaan leunen en de eeuwenoude strijd tussen Templars en Assassins is op de achtergrond blijven hangen. Ubisoft heeft naar eigen zeggen zo lang gewacht met een AC-game in Japan, omdat de technologie er nog niet klaar voor was. Dat begrijp ik ondertussen als geen ander, want goddamn, wat heeft het bedrijf een schitterend Japan gebouwd!
Zo is natoer
Nog nooit in de honderden uren die ik in de Assassin’s Creed-reeks heb gestoken, heb ik zoveel genoten van de virtuele natuur als in Shadows. Het Japan in deze game heeft ongekend veel verticaliteit, wat vooral bij de alom bekende viewpoints vaak erg indrukwekkende plaatjes oplevert. Onderweg word je getrakteerd op vergezichten van uitgestrekte bergen met hier en daar een tempel op de top. De sfeer zit hem net zo goed in de details: je ziet mensen werken op rijstvelden, pelgrims die de trappen naar een tempel beklimmen voor een gebed, en in de stad rent een man schreeuwend achter zijn weggelopen hond aan.
Het virtuele Japan ademt ook door de constant bewegende flora. Bomen en gras waaien erg mooi in de wind - soms wat harder als het stormt en soms wat rustiger in de zomer. Het nieuwe seizoenensysteem, waarbij de spelwereld zich aanpast aan het seizoen in de game, heeft bovenal impact op het uiterlijk van de wereld en niet zozeer op de gameplay. Je ziet veel rode bladeren in de herfst, kale bomen en sneeuw in de winter, gevolgd door kersenbloesems en volle rijstvelden in de lente en zomer.

Tussen de prachtige natuurgebieden door vind je dorpjes, tempels en indrukwekkende kastelen. Als paradepaardje is er Kyoto, dat net als de andere steden in het spel fantastisch ontworpen is in samenhang met de natuur. Trappen zijn gekerfd uit stenen, bruggetjes zijn over kabbelende beekjes gebouwd, dieren lopen over straat en de woningen hebben soms prachtige zentuinen. Het vormt een sterk contrast met de ietwat vieze steden met schreeuwende npc’s uit de voorgaande games.
Dubbelzinnig
Waar de Frye-tweeling een gelijkwaardige rolverdeling had, is Naoe hier duidelijk het hoofdpersonage, met Yasuke in een ondersteunende rol. Of in ieder geval tijdens mijn speelsessies: dit hangt af van je speelstijl, want je mag zelf kiezen wie je bestuurt. Toch is het voornamelijk Naoe’s doel waarbij Yasuke zich aansluit. Als assassin in hart en nieren heb ik er een sport van gemaakt om overal waar de game het toeliet met Naoe te spelen, wat resulteerde in slechts een handjevol verplichte momenten als Yasuke. Ook zijn er een paar missies die gestart moeten worden als één van de personages, maar uitgevoerd kunnen worden door de ander.

Het schrijfwerk is voor beide personages verrassend sterk, beter dan in de gemiddelde Assassin’s Creed-game. Naoe’s stemmenwerk is niet zo consistent als die van Yasuke of de rest van de cast, maar beiden schitteren op de momenten dat het nodig is. Zelden weet een AC-game zoveel emotie op te wekken als hier. Dat valt soms weg bij de minder cinematische gesprekken tussen de grote missies door, die iets houteriger overkomen door de matige gezichtsanimaties. De mo-capped cutscenes zijn daarentegen vaak een filmisch schouwspel met beter stemwerk. Het is vooral jammer dat die momenten op één hand te tellen zijn.
Als boter op een heet Japan
Er is nog nooit een personage geweest in de franchise die zo zalig speelt als Naoe. Ze is met afstand de meest lenige, snelle en atletische assassin ooit. Moeiteloos klimt ze op daken, of dat nou uit eigen kracht is of met de nieuwe grijphaak. Daarmee kan ze niet alleen snel omhoog klimmen, maar ook als Tarzan heen en weer slingeren. Ook nieuw zijn de vele backflips en andere trucjes die ze doet om van gebouwen te springen. In soepele animaties ben je binnen een oogwenk een verdieping lager of aan de grond. Het parkoursysteem is gebaseerd op de games sinds Origins, maar is sinds Unity niet meer zo vloeiend geweest als in deze game.
Bij stealth komen ook de titulaire schaduwen kijken. Elke gradatie van belichting doet ertoe in Shadows. Zo begon het tijdens het infiltreren van een kasteel ineens keihard te regenen. De wolken blokkeerden veel maanlicht, waardoor ik praktisch altijd onzichtbaar was. Het enige wat mij nog kon stoppen waren overdekte lampjes die ik kon doven. Door slim gebruik te maken van de schaduwen ben je meer dan ooit een ware assassin. In combinatie met hoe soepel Naoe beweegt voelt ze een beetje als de performance mode onder de assassins, en dat verveelt nooit.
Yasuke is daarentegen meer de spreekwoordelijke quality mode: het ziet er sick uit, maar draait niet zo lekker. Ik was verrast om te zien hoeveel Yasuke eigenlijk nog kan klimmen, al is het wel stukken trager en lomper. Je speelt vooral met deze beer van een vent als je even een bad ass samoerai wil zijn die met gemak een half leger neermaait. Het is mooi dat de game je niet per se beperkt tot één personage. Als fan van het shinobi-leven heb ik Yasuke echter als de pest vermeden, maar als ik ‘m was of moest zijn, was het stiekem best een leuk uitstapje.

Hideout
In sommige Assassin’s Creed-games is de thuisbasis die je kunt upgraden een belangrijk onderdeel, en de Hideout in Shadows is daar de evolutie van. Hier kun je nu, geheel in Animal Crossing-stijl, je eigen inrichting en decoratie bepalen. Ook zijn er nieuwe decoraties vrij te spelen in de spelwereld. Enkele gebouwen die je kunt plaatsen geven bonussen en kunnen geüpgraded worden voor betere perks, waaronder meer scouts. Het is erg gaaf om je hideout vlekkeloos aan te passen en anders in te delen, maar wat doet het pijn dat de game wanneer je op deze plek bent altijd in 30 frames per seconde draait.
De hierboven genoemde scouts kun je inzetten om de locatie van je volgende missie te onthullen - een instelling die ik na een uurtje alweer uitzette, mede om scouts te besparen. Je hebt ook scouts nodig om voorraadkasten van de vele kastelen in de game leeg te trekken voor grondstoffen. Deze grondstoffen heb je nodig om je hideout weer te verbeteren. De grondstoffen komen pas aan het begin van het nieuwe in-game-seizoen aan in je hideout. Bovendien worden je scouts elk seizoen ververst, waardoor je in een soort ritme terechtkomt van spullen stelen en gebruiken voor je kamp. Het zit de gameplay niet in de weg en pusht je vooral om soms even een uitstapje te maken naar een kasteel, als je er überhaupt op zit te wachten je hideout wil laten groeien natuurlijk.

Een geslepen mes
Deze kastelen zijn sowieso leuk om te clearen door de vele parkourmogelijkheden en exotische uitrusting die je vrijspeelt. Daar houdt het verzamelen ook op in Shadows. Er zijn een handjevol zij-activiteiten die niet veel van je tijd vragen, maar de tijd van lijstjes afvinken en kisten openen in Assassin’s Creed is voorbij. Er zijn nog wel enorm veel sidequests van allerlei npc’s in de wereld te verkrijgen, die nu op een overzichtelijke pagina in het menu worden weergegeven. Deze lopen uiteen van totaal niet boeiend tot perfect aansluitend op het hoofdverhaal.
Qua uitrusting heb je alleen nog een pantser voor je hoofd en je hele lichaam. Met transmog kun je je outfit altijd aanpassen - iets wat ik veel heb gedaan, want man, wat zien de pakjes er vet uit! Het vechten met dieren uit eerdere games is voorbij en de speciale vaardigheden zijn allesbehalve onwerkelijk. Dat vechten voelde in de vorige games best wel zweverig, alsof je aanvallen weinig impact hadden op de vijanden. Dat is nu ook op de schop gegaan. Met veel complexe combo’s en een lekkere impact voelt vechten beter dan ooit.

Overschaduwt zijn voorgangers
Assassin’s Creed Shadows is nog steeds Assassin’s Creed. Ondanks een fantastische eerste en derde akte, valt het middenstuk terug op de klassieke routine. Doe een stel dingen voor deze guy, kill daarna die belangrijke guy. En dat dan voor elf guys. Soms vroeg ik mij af of dit riedeltje echt zovaak herhaald moest worden. Door elementen terug te brengen uit de oudere delen en elementen uit de meer recentere AC-games terug te schaven, komt het onder de streep gelukkig toch uit op een gebalanceerde mix aan content. In de dertig uur dat ik door het hoofdverhaal ramde, liep ik twee keer tegen een level cap aan, wat waarschijnlijk geen probleem voor je vormt als je niet op het moordtempo van een reviewer speelt.
Dat ontneemt de pracht en praal van Japan zeker niet. Nog nooit heb ik zo’n snelle, lenige en coole assassin kunnen zijn in zo’n bloedmooie spelwereld. De assassins zijn terug, de templars zijn deels terug en Naoe en Yasuke zijn een charismatisch duo waar ik stiekem nog veel meer over te weten wil komen via sidequests. Het heeft misschien niet de gekke animaties uit Unity, maar de assassin-gameplay is wat mij betreft de meest gelikte binnen de franchise. En dat allemaal met een soundtrack om je vingers bij af te likken. Dit is Assassin’s Creed in topvorm!
Assassin’s Creed Shadows verschijnt op 20 maart voor Xbox Series X en S, PlayStation 5 en pc.
Opmerkingen